“Farming Textiles”

Wat zijn er toch bijzondere kunstenaars, die gebruik maken van bijzonder materiaal en/of bijzondere technieken. Al eerder liet ik werk zien van Claudy Jongstra, die weeft met wol van haar eigen schapen en kleurt met verfplanten uit eigen tuin. Dit wandkleed van haar hangt in museum Kranenburgh in Bergen (NH).

20240330_125922

Ik was daar vanwege een andere kunstenares : Diana Scherer. Ook zij werkt met natuurlijk materiaal. Maar ze gaat nog een stap verder: ze werkt met de weefsels die plantenwortels zelf maken. De tentoonstelling heet “Farming Textiles“. Enthousiast gemaakt door een vriendin ging ik erheen. Het was de reis naar Bergen waard.

20240330_130140Je hebt het misschien wel eens gezien: bij een plant die in een te kleine pot groeit, vormen de wortels zich helemaal naar de pot.

Diana Scherer fotografeerde die wortelstructuren. Gaandeweg kwam het idee om er meer mee te doen en met die wortelstructuren te gaan experimenteren. Het bleek dat grassen (tarwe en haver) het geschiktste zijn omdat de wortels samenwerken. Ze zaaide ze op een dun laagje aarde onder groeilampen, besproeide het regelmatig en na een tijdje kon ze het “oogsten”.

In de museumzaal is dit groeiproces te zien. Na het “oogsten” laat ze het werk drogen, ze snijdt het gras eraf, de aarde zakt er langzaam uit en het patroon van de gedroogde wortels wordt zichtbaar. Tot zover de techniek. Over die technische uitwerking is ze terughoudend, ze wil het bijzonder houden. Dat is spannender voor de kijker.

20240330_132008 (1)

De kunst zit in het ontwerpen. Ze maakt composities op haar computer van min of meer symmetrische structuren. Daar maakt ze mallen van, die ze inzaait. Hoe dat werkt heb ik in het museum niet gezien. Voorbeelden van die structuren haalt ze ook weer uit de natuur, spinnenwebben bijvoorbeeld, vlinders, of een doorgesneden rode kool, maar ook sporen van autobanden in de grond.

20240330_131916In museum Kranenburgh is het resultaat te zien, soms enorm groot, soms klein en ingelijst achter glas. Kantachtige weefsels, een enkele keer gecombineerd met stukjes gekleurde stof. Er liggen ook een paar opgerolde “kleden”, een tussenvorm waarin je het gras nog ziet.

Door het drogen worden de wortels heel sterk en is het werk lang houdbaar. Maar toen ik na afloop een rondje door de museumtuin liep, lagen daar ook een paar van die opgerolde kleden, die teruggegeven werden aan de natuur.

20240330_131437

“Farming Textiles” is nog maar kort te zien, na 7 april a.s. is het afgelopen. Als je deze week nog tijd hebt zou ik gaan. En anders: Diana Scherer, onthoud die naam! Hierna gaat het werk naar Milaan, maar het komt vast nog wel eens in een museum dichterbij.

Meer over deze tentoonstelling, inclusief een podcast met Diana Scherer, vind je hier.

Inner Vitality

Inner Vitality in Rijksmuseum Twenthe

Rijksmuseum Twenthe in Enschede overleefde twee recente rampen: de vuurwerkramp (het museum werd zwaar beschadigd) en een dreigende sluiting (het museum zou alleen nog depot zijn). Het is er nog steeds en volgens mij vitaler dan ooit.

Het museum heeft een looproute ingesteld, dus ik kwam eerst langs “Beauty is a line”. Het was geen straf om die tentoonstelling voor een tweede keer te zien. Bijvoorbeeld hoe Picasso een stier terugbrengt tot een paar lijnen die nog steeds herkenbaar zijn als een stier.

Maar nu kwam ik voor werk van Claudy Jongstra, een Friese kunstenares die monumentale wandkleden en installaties maakt die wereldwijd in musea hangen (MoMA, Victoria&Albert, Stedelijk in Amsterdam bv.) Meteen in de entreehal hangen al een paar grote wandkleden. Haar materiaal is wol, meestal vervilt en dan geverfd met planten. Die planten kweekt ze zelf in haar tuinen in Friesland.

Schatkamers

De vaste collectie heeft het museum ondergebracht in verschillende “schatkamers”. Ik vind dat een enorme verbetering, de voorwerpen gaan zo meer voor je leven en ze beïnvloeden elkaar, zeker als ze gecombineerd worden met modernere stukken. “Ze gaan een interactie aan” zou ik nu moeten schrijven). Zo zag ik in de gobelinzaal de mooie oude gobelins, gecombineerd met moderne glasgeblazen kroonluchters van Bernard Heesen. In verschillende schatkamers is nu ook (ouder) werk van Claudy Jongstra te zien.

links vroeg werk van Claudy Jongstra en rechts een voorbeeld van de materialen waarmee ze meestal werkt. 

Zo leidde de looproute mij steeds verder door de zalen met glaswerk en portretten, tot ik uiteindelijk uitkwam bij de installatie  “Inner Vitality“. Maar eerst dronk ik koffie in

de museumtuin

De museumtuin is dit jaar geheel vernieuwd. Er zijn planten en grassen aangeplant, die de tuin een natuurlijke uitstraling geven. Bij de kassa is een beplantingsplan te krijgen. Veel was al uitgebloeid en ook deze tuin had geleden onder de droogte. Maar het is zonder meer een aanwinst. Onlangs werd de beplanting uitgebreid met een vak verfplanten van Claudy Jongstra. Misschien ligt het aan mij, maar ik heb de indruk dat musea steeds vaker werk maken van hun tuin.

Inner Vitality

Op mijn route door het museum was ik al verschillende stukken van Claudy Jongstra tegengekomen. Voor `Inner Vitality` is iets nieuws gedaan: de installatie bestaat behalve uit wol ook uit grote vellen papier. Ze hangen in een cirkel in een verder lege ruimte rondom een hangend vilt. Het worden “stijgbeelden” genoemd. Ik had er nog nooit van gehoord, maar er is een toelichting bij. Het begrip komt uit de antroposofie:

  • De kunstenares verzamelde verschillende kruiden op verschillende plaatsen. Elk kruid wordt apart fijngemaakt en aangelengd met water. Het sap dat ontstaat laat ze eerst intrekken in filterpapier. Daarna moet het papier in een donkere ruimte intrekken in zilvernitraat. Als het papier daarna weer in het licht komt, ontstaat er een patroon. Hoe levendiger het patroon, hoe vitaler de plant zou zijn.

Bij elk vel staat precies welk kruid, waarvandaan en met welk water het aangelengd. Tijm van de biologische winkel, van de markt, salie uit de tuin in Burgum, met water uit de kraan, regenwater enz. enz. Het geeft prachtige effecten in aardse kleuren. Zo jammer dat de tentoonstellingsruimte zo grijs en duister was. Het gaf mij een wat somber gevoel, ik had dat graag wat lichter gezien.

Conclusie: al met al was Rijksmuseum Twenthe ook deze keer voor mij de treinreis zeker waard.

Website Rijksmuseum Twenthe. De tentoonstelling “Beauty is a line” is afgelopen. Het werk van Claudy Jongstra is nog te zien tot begin november.

Website Claudy Jongstra